Heemkundekring

Rosmalen

1200 JAAR GELEDEN

Een 1200-jarige naamsvermelding

1200-1aIn de Codex Laureshamensis, vervaardigd tussen 1170 en 1175, staat een aantekening die verwijst naar een schenking in 815 door een zekere Alfger aan de abdij te Lorsch nabij Worms. Het gaat dan o.a. over bezittingen in Angrise (Engelen), Ortinon (Orthen), Empele (Empel) en Rosmalla (Rosmalen).

De heemkundigen in Orthen hebben al vaak laten weten dat hun woonplaats veel ouder is dan Den Bosch. Ook de heemkundigen in Engelen willen in 2015 daar extra aandacht aan geven. Zelf heb ik bij het 700-jarige bestaan van de gemeenschap Rosmalen in 2000 al de wens uitgesproken om met z'n vieren (Empel, Engelen, Orthen en Rosmalen), als gemeenschappen met een eigen geschiedenis binnen de nieuwe gemeente 's-Hertogenbosch, die 1200-jarige naamsvermelding samen te gaan vieren. Inmiddels is gemeentelijke steun alweer toegezegd.

Villa Rosmalla

Het grondbezit werd omwille van een goede exploitatie heel vaak georganiseerd in een domein (allodium) of zoals het toen heette, een villa, welke een aantal mansi bevatte. Die domeinen waren uitgestrekte, min of meer zelfverzorgende landgoederen, met als kern de sala, de hoeve van de heer (vroonhof) of van een rentmeester die het geheel beheerde, en daaromheen de akkers, weiden en bossen. Verspreid over het terrein lagen de hoeven van de boeren die van de heer afhankelijk waren.

1200-2aTen tijde van het hofstelsel was een mansus een hoeve die in een domein ter ontginning was uitgegeven aan een horige boer en in de regel zoveel land omvatte als door de mansionarius en zijn gezin bewerkt kon worden. De halfvrije en vrije boeren hadden deze grond dus niet in bezit, maar in tenure, ze bewerkten hem, maar mochten hem zonder toestemming niet verlaten. Wanneer de heer aan de bewoner van een mansus een levenskans bood, was de boer gehouden tot een reeks leveringen van producten in natura of tot de betaling van een geldbedrag.

Een mansus had aanvankelijk vrijwel uitsluitend betrekking op in cultuur gebrachte of nog te brengen landbouwgrond. De grootte van een mansus was afhankelijk van de kwaliteit van de landbouwgrond en bedroeg ongeveer 10 hectare op kleigrond en 15 hectare op zandgrond. Omwille van de grote afmeting van een mansus was de maat ook gebruikelijk om de oppervlakte van een bos uit te drukken. De bewoning en agrarische nederzettingen bevonden zich meestal buiten de mansi, op kwalitatief minder goede gronden. Een villa-oppervlakte kwam ongeveer met een latere dorpsoppervlakte overeen en was de verzameling van een 10 tot 30-tal mansi. En zo was het 1200 jaar geleden wellicht ook in wat nu 'Rosmalen' heet.

815: Een schenking aan de abdij Lorsch
Van wijlen Jean Coenen kreeg ik ooit een mooie foto van een pagina uit de Codex te Lorsch.
1200-3aVan een gedeelte daaruit heb ik bovenstaand uittreksel gemaakt. De oude namen van Empel, Orthen, Rosmalen en Engelen heb ik in rood onderstreept.

'Rosmalla' telde toen o.a. 'in silvam porcos VI' (zes varkens in het bos).

1200-4a Het oorspronkelijke charter was opgemaakt in het jaar 815, jaars na het overlijden van Karel de Grote onder de regering van diens zoon Lodewijk de Vrome. 1200-5a

Hieronder de transcriptie uit het 'Oorkondeboek van Noord-Brabant tot 1312' door H. Camps.1200-6aEn de boer hij ploegde voort
1200-7aEn de boer hij ploegde voort. Mensen waren gebonden aan de grond, onderworpen aan de heer, gevangen in de tradities en gebonden aan het ritme van de seizoenen. Men dacht dat er slechts één zekerheid was: niets zou veranderen. De boer bleef dan wel ploegen, maar de wereld om hem heen kreeg op termijn een heel ander aanzien en daarmee dus ook het eigen bestaan van die boer. Al ten tijde van die oorkonde uit 815 was een groei van de bevolking op gang gekomen en werd uitbreiding van de landbouwgronden noodzakelijk. De schrale Brabantse zandgronden ten zuiden van de rivierkleistrook waren minder geschikt en hier kwam de bevolkingsgroei dus veel trager op gang. Door graven, kappen en ploegen werden toen duizenden hectaren bos gerooid. Door dijkaanleg werd de Maas in het Maasland ingetoomd. Naast de landbouw kreeg ook de veeteelt een belangrijkere plaats. 

1200-8aIn 1309 werd een polderbestuur voor de Polder van den Eijgen ingesteld. Hun heemraadszegel met de gestileerde ploeg onder het schild met het Maaslands Vierblad siert nog steeds het dorpswapen van Rosmalen én het logo van de 25-jarige Heemkundekring Rosmalen.

Martien Veekens